JOANNES VOLLENHOVE.
89
door de liefde zijner kinderen 1), mocht hij tot aan het
einde volkomen helderheid van geest behouden. ’tWas
hem een voorrecht dankbaar van de zegeningen des
Heeren te gewagen, die hem in zoo rijke mate ten deel
waren gevallen, en de wegen te gedenken waarlangs
zijn God hem al die jaren geleid had. 14 Maart ontsliep
hij op 76-jarigen ouderdom zacht en kalm, om in te
gaan in de ruste die overblijft voor het volk van God,
terwijl zijn stoffelijk overschot 21 Maart onder groote
belangstelling van de gemeente van uit zijn woning aan
de Prinsegracht 2) naar de Groote Kerk grafwaarts ge
dragen en aldaar ter aarde besteld werd, ’t Was velen
een weemoedig voorrecht in woord en lied zijne na
gedachtenis te eeren 3), gelijk de zilveren gedenkpenning
Bij Vollenhove's ontslapen waren nog zes zijner kinderen in
leven. Zijn zonen Arnoldus, „Raad” te Kampen en Jacob (23 Jan.
1669 gedoopt in de Groote Kerk)zijne dochters, Geertruida Everdina
(4 Mei 1670 gedoopt in de Groote Kerk, later gehuwd met Mr.
Jan van Hoornbeeck, schepen van Den Haag), Cornelia (gedoopt
24 Juli 1672 in de Groote Kerk), Margaretha (gedoopt 11 Juni
1677 in de Kloosterkerk) en Petronella (gedoopt 4 Oct. 1680 in de
Kloosterkerk). Een zijner kleinzonen was Mr. Johannes Vollenhove,
Advokaat van het Hof van Holland. Zijn zoon Arnoldus was ge
huwd met Rensina Eeckholthunne dochter Gezina Catharina trouwde
later met Frans Lemker; uit dit huwelijk werd een zoon Arend Jan
geboren, later de echtgenoot van Everdina Sina Sabé. Hunne dochter
Petronella Everhardina Lemker is gehuwd geweest met den Haagschen
predikant Ds. H. L. Oort, 4 Jan 1899 alhier overleden.
2) Dit huis is thans No. 41. Vollenhove had het 25 Febr. 1667
gekocht en heeft er dus ruim 40 jaar gewoond.
3) Ook Moonen bezong zijn oud-leermeester in een lijkdicht„Godt
gaf, of herdersklachte op de doot van den Heere Joannes Vollenhove”.
Zie, Vervolg der Poëzy, van A. Moonen, Delft, 1720, blz. 38 v.v.
„Ai hoor de klaght, waermê ik Godt gaf heb betreurt,
Toen hij onzichtbaer wierd uit onzen kring gescheurt.
O grijze Godt gaf, die, spierwit van baert en haeren,
Hoewel nog jong van geest, zijt uit den tijt gevaeren”. enz.