28 BIJDRAGE TOT DE GESCHIEDENIS DER Had zij, die toen afgebroken oude kerk, zij-beuken en zijn van die beuken toen, alle bogen, hare travées onder ling en van het middenschip scheidend, met om den ander eene kolom, en met een deel der overwelving ver wijderd? en zijn die beuken zoodoende verbreed en ver anderd tot dwars-beuken, ter lengte van het dwars-schip Door verandering van eene gewone lang-beukige kerk tot eene dwars-beukige hallen-kerk, is zij nu, als het ware geworden, ééne groote, bij het koor aansluitende ruimte van 1530 M2. grondvlak, ééne geheel overzichte lijke ruimte, ter weerszijden met 3 kolommen, elk met en bevelen mit ernste allen onsen goeden luyden, gemeijne buyren en ondersaeten om alsoo veer en alsoo veel als op him bij onsen Baillu, Schout, Gerechte, Kerkmeijsters en die meeste menigte van de notabele, eerbaerste en rijcxste van den Hage voirsz. na grootheid hoirer goederen redenlic ge- taxeert en omgeset sal worden, tot eiken weke te geven en te betalen de proeve, die bij hem dair toe geordineert en gestelt sullen werden op „weder- spannicheyt of onwilligheyd” tevens straf bepalend. Uit dien hoogst buitengewonen maatregel, het opleggen eener verplichte wekelijksche bijdrage aan alle onder- saten der kerken, alhier, (ook aan hen die tot de Hof- Kapel behoorden spreekt ten volle de hoogst ernstige toestand waarin dat oude kerk-deel verkeerde, waarin nu „ten minste coste en ten meesten ooirbaer en profijte”, is voorzien „bij rade van Meijsters hun des werks verstaende”. Inderdaad is toen met een minimum kosten en ten meesten bate het schip, onder opname van het onvoltooid gebleven dwars-schip tot eene dwarsbeukige hallenkerk herbouwd, deze als toen westwaarts dóórtrek kend tot en aansluitend tegen den zeskanten toren.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1923 | | pagina 41