GROOTE OF ST. JACOBS-KERK
51
werk besloten gedeelte der kap-balken te zijn vergaan
en muurplaat, gootbodem en goot vernieuwing te eischen.
Het koor-torentje, welks gewicht en welks trilling bij
storm, niet laag genoeg in de koor-bekapping bleek te
zijn overgebracht, stond niet meer te lood, helde een
25 c.M. over, vroeg dus mede voorziening en versterking.
Binnen bleken de kolommen, het boven-koor dragend,
bij den brand erg beschadigd en nadien onvoldoende
voorzien te zijn, tal van losse zandsteen-blokken werden
nu vervangen, aan de kapitelen hun lijst- en blad-werk
hergeven, aan de basementen hun zandsteenen pronlee-
ringen en de spits-bogen vroeger met wat rietwerk en
gips bijgewerkt, weder in behoorlijken toestand gebracht.
Het gestucadoorde plafond, tegen de balken der
koor-bekapping, werd vervangen door een vlak eiken
ster-gewelf, met zijn ribben rustend op de aanwezige
muur-colonnetten en in de triforium-nissen eene zand
steenen balustrade aangebracht.
Drie der elf steenen ster-gewelven van den koor-
omgang bleken gekraakt en met behulp van ijzeren
liggers aan de bekapping te zijn opgehangen, deze
werden voor zooveel noodig uitgebroken en ver
nieuwd de vensters van dien omgang bij den ombouw
met woningen 2 vakken ingekort, herkregen hun vroe
gere afmeting, nieuwe dagkanten, midden-stijlen en
traceeringende beide geschilderde vensters, die van
1541 en 1547, werden door Schouten van Delft zoo
goed mogelijk met het daarvan in het Gemeente Museum
alhier nog aanwezige hersteld en een 3 tal ter plaatsing
aangeboden nieuw geschilderde vensters, in alle dank
baarheid aanvaard.
Binnen het hooge koor werd op het muurwerk, boven
den triomf-boog, geschilderd op een geslingerd lint het
monogram van Christus, met de woorden: