75 GELISCH LUTHERSCHE KERK TE 'S-GRAVENHAGE De noodige orgelpijpen daartoe waren in de ont worpen uitbreiding gemakkelijk op te nemen. Om nu mogelijk te maken dat deze hoogere tonen op het klavier bespeelbaar zouden zijn, is door den orgel maker Bik, die de werkzaamheden heeft verricht, naar zijn ontwerp een zinrijke inrichting aangebracht, een octaaf-transpositeur, waardoor, als deze in werking ge steld wordt, bij het neerdrukken van een toets niet meer klinken de pijpen, die met dezen toets correspon- deeren, maar wel die van een octaaf hooger. In November 1921 is het instrument weer in gebruik gesteld, en een maand later door het orgelfonds over gedragen aan de Luthersche Gemeente, na eerst opge nomen en goedgekeurd te zijn door een daartoe be noemde commissie, bestaande uit de heeren dr. Johan Wagenaar, J. R. Gravelotte en schrijver dezes. Een zeer belangrijk deel van dit welslagen is natuurlijk te danken aan den orgelmaker, aan wien de uitvoering was toevertrouwd. Toen indertijd aan de orde kwam de vraag, aan wien zulks zou opgedragen kunnen worden, ben ik mij ten volle bewust geweest van de verantwoordelijkheid, die ik op mij nam door een aanbeveling te geven. Hoewel het werk zou worden uitgevoerd naar mijn denkbeelden en onder mijn toezicht, kon ik, juist omdat hier zeer bijzondere eischen gesteld werden, dit niet doen opdragen aan een willekeurig vakman, van wien ik geen zekerheid had dat hij ook mijn, niet onder woorden te brengen bedoelingen begreep. Ik was als adviseur verantwoor delijk voor het welslagen tegenover de Regeering, die tot dusverre nimmer aangezocht was subsidie te geven voor een orgel-restauratie, tegenover het Orgelfonds, tegenover het orgel en tegenover de historische weten schap van het orgel-bouwwezen en het was des te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1923 | | pagina 93