DIE HAGHE ALS AMBACHT, PAROCHIE EN
100
en vlg.
Zij hadden hem n. 1. te dienen, „in allen saken onser
Herberge toebehoerende”. Ongetwijfeld rustten deze
diensten op den grondhofgrond is uitteraard bezwaard
met hofdienst. In 1313 bepaalt de graaf, „dat soe wie
lant coept ofdat hem anbesterft, dat hier voermaels
onse Vorders dienst scoudich was off noch dienst scul-
dich es ons off onsen nacomelinghen, dat hij van die
lande diene in alder manieren ende alsoe groet, alser
onse ouders Grave van Hollant den dienst up gezet
hebben” 1).
Als de Abdij van Koningsveld binnen het Hof van
Delft grond koopt, toebehoorende aan dat hof, bepaalt
de graaf op 24 Juni 1251 2) als gunst, dat dat land vrij
zal zijn van cyns, die „huerwair” genoemd wordt (vrij van
erfhuur dus) verder vrij van beden, van schatting en
van diensten, „die men hofdienst heet”.
De hofdiensten van de „bueren uter Hage” zullen
dus ongetwijfeld als diensten vastzitten aan den hofgrond.
Waarin bestonden die diensten nu? Dat worden we
gewaar uit een privilegie van 1400 3) gegeven aan die
van ’t Oostambacht van der Haghe. „In den eersten soo
sullen onse goide Lude van der Haghe voirscr. ons
onse nacomelinge ende onser Herberghe binnen der
Haghe dienen ende doen dienen in allen saken onser
Herberge toebehoerende, gelike dat sy ende hoir vor
deren ons ende onse voirvorderen tot desen dage toe
gedaen hebben, dats te weten, dat si ons dienen sullen
mit veertien wagen ende elke wagen vier paerde tusschen
Hairlem ende der Mase ende tusschen Oudewater ende
Woerden ende der Mase, voir ons, onsen Raide, onser
Paneterien, bottelriën, coken ende waerderobbe in alle
Fr. Register, fol. 1.
v. Mieris I 262.
■1) Fr. Reg. fol. 3vs.