DIE HAGHE ALS AMBACHT, PAROCHIE EN 128 1476/77. Baljuwrekeningen1475/76 en Zoo vinden we dan, dat voor baljuw en welgeboren mannenx) berecht wordendoodslagen (z. g. simpele doodslagende doodslagen „mit opgesette lage” werden door 't Hof van Holland berecht; commissie baljuw 1480), beschuldigingen van moord, toebrengen van wonden, vechten, diefstallen (de „simpele diefte”), verbeurde peijnen, dadingen over doodslagen en diefstallen, lijflicke saken, kwaadsprekerij, slaan met de vuist, kijven, dragen van verboden wapenen, terwijl hofvaarden ook voor baljuw en mannen werden gehouden. Door baljuw en schepenen werden berecht, overtredingen van keuren op vleesch, visch, op voorcopers, op de draperie, cor- rectien. Dat overtredingen van keuren door baljuw en sche penen werden behandeld, is eigenlijk van zelf sprekend, als we bedenken, dat de keuren in het algemeen belang in die Haghe werden uitgevaardigd door baljuw, schout en schepenen, zoodat deze vanzelf de jurisdictie zullen hebben gehad in zaken, die overtredingen dier keuren betroffen. Immers, volgens een aanteekening in den klapper van Gousset op de registers van de Leen- en Registerkamer, moet zich tusschen fol. 125 en fol. 126 van het Memo riaal R. D. een ingestoken papier hebben bevonden, dat helaas daar niet meer te vinden was, behelzende een privi legie van hertog Aelbrecht van 1395 „zaterdags na den hyligen dertiendagh”, waarbij hij de keuren, die baljuw, schout en schepen maken zullen, confirmeert en beveelt, dat die onderhouden zullen worden. Zeer waarschijnlijk is dit hetzelfde privilegie, dat volgens de Mededeelingen van de Vereeniging ter beoefening van de Geschiedenis van ’s Gravenhage, bl. 232, te vinden is op bl. 317

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 150