138 DIE HAGHE ALS AMBACHT, PAROCHIE EN 1) Fr. Reg. fol. 2. Fr. Reg. foL 2vs. van jaire te jaire, ingaende up Sinte Katerinen avont naistcommende ende geduerende den selven tijt van thien jaeren achter een volgende ende dair en teijnden nae onsen wederseggen.’’ De bevoegdheden van schout en schepenen zijn na tuurlijk die, welke ze reeds in de vorige periode bezaten, vermeerderd met die, welke ze er successievelijk bij hebben gekregen. Zoo krijgen ze in 1375 het recht om het schot te mogen innen en uitpanden, zooals hier voor reeds geciteerd is. In 1383 2) worden zij machtig gemaakt „dat si alle die ghene die iant copen sullen of gecoft hebben in de Haghe, daer onse erfhuijr op staet, dat si daer of te dienste ende te scote setten moghen gelijken hen selven in allen saken daer wij of gedient worden ende oec ons ende onse dorps orbaer aen leit.” Bovendien krijgen ze in dit privilegie het recht van keur op straten, platen en wedden. „Voert soe maken wij hen machtich dat si mit onsen rechter van der Haghen koeren moghen straten, platen ende wedden tot ons ende ons dorps orbaer behoef.” Bij het privilegie van 1407 wordt, zooals het reeds geciteerd is in de pericope betreffende de verkiezing van schepenen, dit recht van keur van schepenen en dagelijkschen rechter uitgebreid over het geheele ambacht. Berechting van personen, die geen gevolg geven aan hetgeen door schout en schepenen gekeurd was, ge schiedde door baljuw en schepenen. „Ende waer dat sake, dat hen (dit zijn schout en schepenen) yemant hier in hinder of stoet dede of mit onsen buyren van der Haghe niet ghelden en woude dese voerscreven poyenten, soe bevelen wij onsen beliou van der Haghe, die nu is of

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 160