262
HET SINT-NICOLAAS-GASTHUIS
de
nam
een kazerne als een hospitaal, met de toename der
oudjes, een oude mannen- en vrouwen-huis, met de
toename der weezen, een wees-huis, met de toename van
inwoning en gedeeltelijke verzorging zoekenden, het hofje
en het proveniers-huis, met de toename van borst- of
oog- of zenuw-lijders, inrichtingen te hunner opname,
met het toenemend inzicht over besmettelijke ziekten,
afzonderlijke gebouwen voor vele dezer, eene splitsing
met bijna elke vordering der medische wetenschap door
gaande, zich nu verder ten deele in Kerkelijke richting
onderverdeelend, en eindelijk voor herstellenden, nog sana
toria en rustoorden aanbiedend.
Geen enkel openbaar gebouw, zóó in-bescheiden in
het verleden begonnen, heeft zich zóó veelzijdig en zóó
volop in nut-stichtenden zin uitgebreid, als het Gasthuis.
De geschiedenis onzer barmhartigheids-werken, onzer
ziekenverpleging, onzer armen-zorg in tal van opzichten,
dat belangrijk hoofdstuk uit het verleden van elke woon
buurt van eenige beteekenis, het komt op het eenvoudigst
sprekend uit in de geschiedenis van het plaatselijk oudste
gasthuis, vooral, zoo men in dat gasthuis bewaard heeft
enkele der middeneeuwsche memorie- of rekening-boeken,
vermeldend, dag aan dag, wat er bizonders plaats had en
wat er werd uitgegeven of ontvangen. Reeds één zoodanig
met zorg bijgehouden en toegelicht middeneeuwsch gast-
huis-boek geeft u een vollen blik in dat huis, doet u zien
en gevoelen iets van het leed dat er toen was en dat
daar werd verzacht, gestild, geheeld, doet u zien ook,
de zorg van de kerk voor het zieleheil der ongelukkigen
daarin opgenomen, trouwens bij de kerk berustte in de
vroege middeneeuwen bijna uitsluitend de zorg voor
armen en voor de lijdende menschheid, eerst later
de burgerlijke gemeente die zorg grootendeels over.