282 HET SINT-NICOL A AS-GASTHUIS den Van hospitium allengs geworden een huis voor armen en behoeftigen, veranderde het steeds meer in een proveniers-huis, om na de Hervorming langzamerhand te worden een toevlucht voor oude vrouwen van Gereformeerden Godsdienst, boven de 60 jaar. In den Franschen tijd echter schijnen, zonder vergoe ding, te zijn opgeheven de inkomsten het huis in 1615, bij de overdracht aan den Magistraat, wegens zijn recht op de Coorn-mate, de Elle-mate, enz., ten ewighen daghe toegezegd, eene vermindering in jaarlijksch inkomen beteekenend van een fl. 3000.—, door de tierceering ver groot tot een fl. 7000.Men kwam daardoor zóó in nnanciëele moeielijkheden en schulden, dat op 17 April 1823 werd voorgesteld, het gesticht op te heffen en het nog aanwezige bezit te verkoopen, teneinde de schuldeischers te kunnen voldoen; zoover is het echter niet gekomen, men verkocht verschillende eigendommen, nam geen nieuwe commensalen meer aan en verhuurde het daardoor vrijkomende gedeelte van het gesticht. er nog andere kamertjes tot verblijf voor de mansper sonen alsook een bijzondere en afgeslotene kamer, waar nevens een Bibliotheek van weinig belang, voor verarmde advocaten. „Ten oosten van het huis vind men den Baijaert, waarin de bedelaars en armen van buiten den Hage inkomende, voorheen eenen nagt mogten verblijven, volgens eene keur bij de Magistraat in den jaare 1567 op 't logeeren in den Bellaert in St. Niclaas Gasthuis, en nergens elders in den Hage, en laeten aldaer heur lieden naem en toenaem opschrijven opte pene vanwordende alstoen in het huys onder houden 26 Vrouwen en 17 Mannen, behalve de Bin nenmoeder en 2 dienstmeiden”. Dit is helaas alles wat de Riemer er van zegt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 310