IN HET DORP „DIE HAGHE”
283
Het reglement vastgesteld ter kamer van Regenten op 14 Dec.
1864 voor opname van vrouwen-commensalen, eischt dat zij zijn
van den Protestantschen Gereformeerden Godsdienst en van 60-jarigen
leeftijd of daarboven, de inkoopsom is voor een 60- tot 70-jarige
fl. 1500, daarboven fl. 1000. Aan eene gemeenschappelijke tafel wordt
ontbeten, het middageten en de avondspijs genuttigd en, na het ontbijt
En toen in 1843 het Gasthuis bouwvallig en geheel
onbruikbaar dreigde te worden en eene Commissie uit
den Kerkeraad der Hervormde gemeente eene geschikte
plaats voor eene Diaconieschool zocht, kwamen regenten
met die Commissie overeen om tegen een jaarlijksche huur
van fl. 1100..voor 10 jaren, den zuidelijken vleugel in
de Hal-straat af te staan en dien vleugel met de daarbij
aansluitende woning in de Oude Mol-straat tot Diaconie
school te verbouwen. Deze werd toen eene verdieping
verhoogd en ingericht voor 700 kinderen, waartoe het
Gasthuis een leening sloot van fl. 14000,— ad 5%,
afloopende in 28 jaren. Tevens werd toen een gedeelte
van het oude Gasthuis vernieuwd, zoodat dit in Maart
1840 weder eenige vrouwelijke commensalen kon op
nemen en heropend werd.
De Fonseca, in 1857 de inrichting beschrijvende, zegt
(dl. I. blz- 213): „Cet établissement consiste aujourd’hui
en un dortoir, öu il y a six bon lits, trés conditionnés,
un réfectoire et un parloir ou antichambre, endroit oü
les vieilles femmes resolvent ceux qui viennent les voir.
En entrant par la rue, il y a a droite deux appartements
dont l'un sert a la reunion des regents et l’autre a deux
lits est destine pour les malades. Les vieilles femmes, lors
qu’elles y sont admises, sont nourries, logées et en cas
de maladie, soignées aux frais de la maison, qui procure
l’assistance médicale, médicien et medicamentsa leur
décès elles sont enterrées par l’établissement x).