IN HET DORP „DIE HAGHE”
295
bliket voer int ontfanc van dese rekeninghe. Ende
wij gasth. meesters hebben mede raet ghenomen an
mijnheer de pastoir en heer Dirck de cappelaen, also
dat wij Claes voorn, toeghevoeghet hebben ende wij heb
ben hem gheg. mede tot sijnen utganck” 8 ffi.
item „ontfange van eenbeghijngevanLeijdedieMeijns-
gen hiet, dese selfde meijnskijn hadde een moer hier int
gasth. die Baefge hiet, dese Baefge voern. hadde hijr int
gasth. gheweest wel 26 jaer lanck ende dat om een cleijn
geit, dat het gasth. daer of ghehat heeft. Ende om dije
scientie te quite so heeft dese meijnskijn gheiovet Sinter
Niclaes gasth. wel te versien van testamente eer sij stervet.
En dit noch niet ghenoch wesende so heeft meijnskijn
voern. gheg. t gasth. an gereden penninghen” 8
1546: „Jans wijf die int gasthuijs onderhouden wordt
en beloefde te brengen in gelde desommevanSft'.”
1546: „Adriaen Sijmons dochter, die in ’tgasthuijs onder
houden wordt.”
1547: „van de erfenisse anbestorven van boose Heijn,
die hier in ’t gasth. onderhouden wordt IX
1560„ter cause van een accoordt van dat Lijsbet Jacobs
dr. haer leven lanck int gasthuijs onderhouden sal
worden, daer over de erfgen. van Coman Jacob voern.
belooft hebben te betalen 28 ft’ gron. ende alle jaers
ghelijcke vijer ponden.’’
„de proviand-camer, ook deze, dicht bij de coken
te zoeken, wordt in de rekeningen niet genoemd, maar
was aanwezig, evenals de proviandkelders.
Van eene Regenten- of gasthuismeesters-kamer is
in de oudste rekeningen geen sprake, enkel van het comp-
toer (zie boven).
Eerst toen tegen het midden der XVILe eeuw de
gasthuismeesters veranderden in deftige regenten, ver
anderde met hun vier maaltijden in het gasthuis gehou-