HET SINT-NICOLAAS-GASTHUIS 304 „Op de le, 2e en 4e maaltijd is ieder Regent gewoon twee gasten mede te brengen en de Rentmeester één, ook geeft ieder Regent en Regentes 2 sesthalven, ieder maaltijd, aan de meyden tot een fooijtje”. De ordonnantie der op te disschen gerechten, enz. was reeds vastgesteld op eiken middag-maaltijd volg de nog een avond-maaltijd, doch beider dessert was hetzelfde. De tweede maaltijd, het Reeken-mael was feitelijk een Visch-maal, daarop verscheen zeevisch, watervisch, garnael, braasem, doopvis en een omgekeerde arminiaen, paling en oester-pastijtjes, en 's avonds dezelfde arminiaen, tusschen cabeljauw-staert, gebraden paling en gebraden oesters. Wat mij opviel, is, dat tot de in 1767 voorgeschreven schotels behoorde, een toen nieuwe spijse, namelijk een schotel met aardappelen met stukjes boter. „Alle de voorschrevene Maaltijden werden geordon- neert en het nodige daartoe versorgt door de Mevrouw, wier maand het is, waarin de maaltijd gehouden werd, welke mevrouw dan ook de Tafel door haar knegt laat dekken en de Regent die alsdan opper-regent is, steld de gezondheid en neemt de honneurs van ’t Huis met zijn Vrouw waar”. „Op ieder der voorn, maaltijden worden ’s avonds oesters gegeven”. Reeds in 1569 is sprake van: een maaltijdt verteert in Sint-Jans 18 fc, een vrij kostbare maaltijd verge leken met hetgeen daarvoor anders werd geboekt. Van de boekhouding blijkt in de oudste rekeningen enkel het volgende: Ao. 1488 „2 boeck papiers 4 st. Ao. 1502, begin dach-kas, overgedragen aen 2 nijewen gasthuijsmeesters met 940 ft 2 s. 7 d.een enkele maal daarentegen was de aftredende kashouder bij de over-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 333