IN HET DORP „DIE HAGHE”
331
i
Het bier, de gebruikelijke dranck, werd in groote
hoeveelheden verbruikt. Sasbout onze brouwer van Delft
leverde gemiddeld een 120 tot 200 vaten's jaers, waar
voor excijs en vracht moest betaald worden; uit erken
telijkheid deed hij aan het Gasthuis soms eene schenking
eerst tegen het midden der XVIIIe eeuw verminderde
met de komst van de koffie en van de thee dit groote
bier-verbruik.
Belangrijk was mede hetgeen er noodig was aan
brandstof, vooral voor de keuken, turf werd er voort
durend aangevoerd, zoowel per schip van zooveel
waghen torfs, bij ponte van 2 waghen of pijpe als per
wagen zelf, soms wel een 50 tal tegelijk. De hoedanigheid
was niet altijd even goed, doch eens bleek de aangevoerde
zóó best, dat er onmiddellijk een tweede lading van
besteld werdbehalve turf werden verstookt duizende
groene tacken, droghe tacken en bonthouts (gebonden
hout) en eens, toen de voorraad onvoorziens op was,
werden er „ghehaelt in presencije van gasth. meestr.
XXc tacken en 11 dusent bonthouts.
Groot was mede het verbruik van smeer- en van was-
kaersen; van het smeer der geslachte beesten goot de
keersmaker in het gasthuis kaarsen verwisselde tegen
nieuwe kaersen en de overgeschoten eindjes onder bij
betaling.
Ao 1506 ,,de vellewasscher Dirck Jacopz, kaersmaker
van waskaersen, die hij *t gasth. maect heeft van Sinte
Niclaesdagh ao. vier tot Assumtio Marie ao. sesse, so
heeft hij ghemaect VIII U' waskaerse, elc pont gr. XIII
facit II tt’ III s. IIII d.de waskaersen dienden
enkel bij den dienst op het altaar in de kapel en bij
dat in de ziekenzaalbij kersmisse brandden daar tevens
een of twee toerssen.
Tot de steeds terugkeerende groote uitgaven be-