tal van verschenen het gesticht in geld ontvangene en uitgegevene per kalender-jaar vast te leggen en te verantwoorden, werden blijkbaar tegen of na het einde van dat jaar over genomen uit verschillende manualen of dagboeken, elk voor zich een onderdeel dier ontvangsten of uitgaven behandelende en dagelijks bij gehouden. Verschillende dezer zijn nog aanwezig o. m. van verschenen renten, pachten of huren, van de uitgaven gedaan „ter verscher marct” tot proviandeering in hoofdzaak van de coken, van die voor den verbouw in 15041505, als mede enkele memorie-boeken der gasthuis-vrouwen. De rekening, na afloop van het jaar geschreven voor of door den gasthuis-meester, over dat jaar rentmeester zijnde doch van af 1526 door een salaris trekkend rentmeester, werd dan in eene vergadering van heeren gasthuis-meesters post voor post voorgelezen, afgehoord, waarna, b.v. op Ao. 1520, 9 Nov. „des toirconde soe hebben wij gasthuis-meesters elx onse gewonelike hant hier onder gescreve op te jaere ende dach als boven”. „Item 'tf,scd." volgde de naam van den betrokken rentmeester. Elke rekening begint met vermelding van de ont vangsten uit de aan het gesticht toebehoorende lande rijen, erven, huizen, wonijnghe en cameren, in en buiten den Haghe en Haech-ambacht gelegen, alsook uit een grooter of kleiner aandeel daarin of in andere vaste goederen, alles verhuurd, verpacht of op andere wijze in gebruik afgestaan of benut. Dan volgden de ontvangsten aan renten, zoo losse als ewige, gevestigd op tal van huizen, erven en landen. Door zich renten te koopen op goede panden, zorgden de gasthuismeesters hunne beschikbaar komende gelden of baten rentegevend vast te leggen, het vaste inkomen van het huis te vergrootenin 336 HET SINT-NICOLAAS-GASTHUIS

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 366