356
HET SINT-NICOLAAS-GASTHUIS
het blinkende
een eenvoudig
een verblijf
was reeds lang
en in mindere mate doorgaande nogtotinofna 1615,
doorworsteld had, en daarbij een deel van zijn bezit
en inkomen had verloren, en ook de algemeene lief
dadigheid, waarop het in hoofdzaak steunde, ten zijnen
opzichte verflauwde, was het allengs tevreden met zich
te bepalen tot opname van hulpbehoevende oudjes en
van proveniers, zoo noodig echter ook niet opgeno-
mene stumpers, door uitdeeling in geld, turf en linnen
goed, steunend.
Het was nu het vroegere Godshuis niet meer, zich voor
alle hulpbehoevenden openend, het was een geheel ander
huis geworden, veel stiller, veel rustiger. Wel zou Giessen
het in 1711 afbeeldend, ons doen vermoeden dat het
toen enkel een verblijf was voor kreupelen en gebrek-
kigen, het was reeds lang een proveniers-huis mede.
Ook de Gasthuismeesters waren geheel van karakter
veranderd, zij hielden nu in het huis, viermalen ’sjaars
aan eene met alle zorg voorziene tafel hun middag- en hun
avond-maaltijd,door hun eigen kamer-bewaarder bediend.
Het zorgvolst behandeld vertrek, het was nude Regenten
kamer, in allen deele naar den eisch des tijds ingericht.
Voorheen waren het de kapel en nadien de groote
zieken-zaal, het latere vrouwen-huis, met zijn geschilderd
overwelfsel, zijn groote open haard, zijn geschilderde
vensters en het keurige linnen-goed en
tin, en toen diende tot regenten-kamer
comptoir.
Was het gasthuis veranderd, het dorp die Haghe
echter nog meer. In dat dorp woonde nu geen graaf
van Holland meer op zijn kasteel; dat kasteel, opende
zich en veranderde deels in een Gerechtshof, deels
in regeerings-bureaux, deels in een verblijf voor den
Stedehouder, meestal echter aan een vrijer, ruimer, aan
genamer, elders gelegen verblijf, den voorkeur gevend. En