DE BOEKERIJ VAN M». JOHAN MEERMAN
367
f-
en verzameling van kunstzaken van
Voor ons is hier ’t belangrijkeWat gebeurde er met
de boekerij?
Door den Heer en Mevr. J. MeermanMollerus bleek
bij olografische codicillaire dispositie van 29 Augustus
1811 aan de stad ’s Gravenhage te zijn gelegateerd.
1°. Het woonhuis, gelegen aan den hoek van den
Boschkant en Korte Voorhout
i". De verzameling van kapellen, schelpen, fijne steenen,
opgezette vogels en mineralen alsmede de boeken en
handwerken van mevrouw Meerman.
3°. De bibliotheek
den heer Meerman.
Door het Gemeentebestuur werd aan de Commissie
van financiën opgedragen te onderzoeken of het belang
van de stad het aannemen of weigeren van dit legaat
vorderde. (Het verslag van deze commissie is als bijlage II
hierachter gevoegd.)
December 1821 nam de Raad op voorstel van Burge-
meesteren het besluit het legaat niet te aanvaarden 2).
Ondenkbaar en onvergeeflijk besluit in onze oogen. Maar
men moet niet vergeten, dat zaakkundige voorlichting
ontbrak. Niemand scheen het heillooze van dit besluit
in te zien. Of zouden er onder de erfgenamen geweest
zijn, die ’t wel inzagen, doch bezweken zijn voor ’t geld
dat hun nu ten deel zou vallen. Ik kan niet nalaten
dit vermoeden te uiten, daar zij anders zeker wel hun
x) Men zie hieroverHet huis aan den Boschkant op den hoek
van het Korte Voorhout te 's Gravenhage, samengesteld door H.
Hijmans, Archivaris van de Eerste Nederlandsche Verzekeringsmaat
schappij op het leven ’s Gravenhage 1922.
2) Een artikel van den heer S. van Z. hierover werd opgenomen
in „Het Vaderland” van Donderdag 4 Januari 1923, Ochtendblad,
onder den titelOver een geweigerde kunstverzameling.