OP LEVEN EN DOOD
405
Hof 4592.
Honsel geen rustige verblijfplaats voor het geringe garni
zoen, een sterk vooruitgeschoven post van ’s Prinsen
troepen, die in dit deel van Holland slechts den Maas
kant en de verbindingen met Delft, en dit laatste nog
vrij onvoldoende, had doen bezetten. Den 2en Juni deden
baljuw, burgemeesteren en raden van Schiedam den
Statenop een desbetreffend schrijven dan ook weten,
„hoe dat onse soldaten op gisteren mergen vrouch uuyt
de schansen van Vlaerdingen gescheyden sijn deur schrij-
vens ofte bevel van Sijne Exfcellenjcie soe wij verstaen,
waernae Sijne Ex(cellen)cie hemluyden bevolen soude
hebben weeder naer de voorseyde schansen te keeren
ofte tenminsten hem te beschansen op Vijff sluysen,
sulcx dat onse paerden, naementlyck de bende van capi-
teyn Michiel, des naemiddachs ofte omtrent den avont de
voorseyde schansen van Vlaerdinghe alwaer omtrent
twee hondert mannen van de vijanden inne gecommen
waren omvergeloopen ende weeder innegenoomen
hebben ende alsoe een deel van de vijanden dootgeslaegen
ende drye van daer gevangen gebrocht hebben ende de
reste schijnt verloopen; ende ons volck sijn doende,
omme de voorseyde schansen van Vlaerdinghen te abbo-
leeren ende slecht te maecken, omme de vijanden, soe
sij daer weeder inne keerden, te bet te mogen crencken
ende verrassen, alsoe Sijne Ex(cellen)cie belieft ofte
schijnt geraeden te duneken, dat ons volck hem hout
op de schanse van Vijf sluysen, alwaer het geheele
regiment nu omtrent leggende is.”
Bovendien loerde het verraad van alle kanten, niet
alleen van vijandige elementen binnenslands, doch ook
van de zijde der door den Spanjaard uitgezonden spi
onnen. En opmerkelijk is het, dat velen van hen met