OP LEVEN EN DOOD 415 Res. St. v. H. 2 Sept. 1574. 2) Bor 1—551. mededeeling, dat, wanneer daarop binnen enkele dagen geen uitzicht was, men gedwongen zou zijn met den vijand te onderhandelen. Terstond belegde het Hof een zitting en vaardigde daarop twee zijner leden, den be kwamen en doortastenden Nieuwburg en Artus van Brederode met den griffier af naar de Staten, toen te Rotterdam bijeen, teneinde terstond maatregelen te treffen. Ze kwamen echter te laat. De landsadvocaat Paulus Buys, die zich bij deze gelegenheid niet zeer sympathiek blijkt te hebben voorgedaan, deelde hun mede, dat de vergadering juist uiteengegaan was en dien dag bezwaarlijk weder bijeengeroepen kon worden, doch ver klaarde zich bereid de zaak der inundatie op de eerst volgende zitting te bevorderen. Terwijl dit onderhoud plaats had, werden de heeren gestoord door kapitein „Houtein”, blijkbaar de com mandant van ’s Prinsen lijfgarde Jhr. Alexander Hau tain x). Dus trokken de gecommitteerden naar het logies van den Prins, waar zich terstond een nieuw obstakel opdeed in den persoon van 's Prinsen lijfarts. Oranje toch was in deze dagen ernstig ongesteld. Nog slechts een maand geleden was hij met Paulus Buys en eenige afgevaardigden ter Statenvergadering tegenwoordig geweest bij de doorgraving van den IJsel- dijk bij de schans bij Kapelle en de komende dagen hadden hem steeds bezig gezien. Het was te veel ge weest, zelfs voor een ijzeren gestel als het zijne. Aan Spaansche zijde sprak men reeds van zijn overlijden, zijn eigen omgeving van de pest, waaraan de zieke lijdende was, terwijl Bor bij geruchte vernam, dat hij „van sijn eigen hofgesinde genoegsaem verlaten was,” omdat „hij se selfs belast hadde van hem te gaen.” 2)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 449