Rechts en links van den westelijken schoorsteen zat
in een gesloten gestoelte een secretaris van staat, terwijl
tusschen dezen schoorsteen en den venstermuur een
deur was, sedert 1913 weder geopend, waardoor men
ging „naar het vertrek van de Heeren van de Ridder
schap en verder aftredende naar de vergaderplaats van
Gecommitteerde Raden”. Tegenover deze deur, dus aan
de oostzijde, vond men de thans nog in gebruik zijnde
deur, toegang gevende tot de Besognekamer, waar
de commissies uit de Staten vergaderden, daar zulke
vergaderingen „besogne” werden genoemd. Eene ver
gadering van commissies met niet-leden, zooals gezanten,
leden van andere Regeeringscolleges, enz. heette „con
ferentie”.
De hiervoren reeds genoemde andere moeilijkheid
naast die der plaatsing van de gestoelten leverde de
acoustiek op. Al dadelijk bij de eerste opstelling van
de modellen der zitplaatsen bleek, dat het gesprokene
zeer moeilijk verstaanbaar was door een sterken weer
galm. (18 Dec. 1655). Verschillende proeven werden
genomen om dit bezwaar te overwinnen.
Zoo werd een gedeelte der zaal met gordijnen afge
sloten om het stemgeluid niet in de ruimte te doen
verloren gaan. Veel zal dat niet geholpen hebben, want
bij het bekende plechtig bezoek, dat Karel II van
Engeland, na door het Parlement tot Koning te zijn
uitgeroepen, aan de Staten van Holland op 1 juni 1660
bracht vóór zijn vertrek naar Engeland, werd van de
toespraak des Konings, door Johan de Witt namens de
Staten beantwoord, weinig verstaan. l)
In 1658 werden er wandtapijten besteld, welke te
DER STATEN-GENERAAL
31
Op de plaat in het Journaal, die deze gebeurtenis voorstelt,
zijn de gordijnen duidelijk te zien.