DE BEHUIZING VAN DE EERSTE KAMER 40 i I zaal kunnen beschikken dan de Trèveszaal, waar het, gemoedelijk om eene groote, ronde tafel gezeten, tot nu toe vergaderde. De griffie, de boekerij en de vertrekken van de drie afdeelingen, waarin de Kamer zich voor het onderzoek der wetsontwerpen verdeelde, waren gelegen tusschen de Trèveszaal en de Hofkapel. De groote zaal der oude Staten van Holland werd thans aangewezen voor de vergaderingen der Eerste Kamer. In een schrijven van 7 Mei 1849 van den Minister van Binnenlandsche Zaken de Kempenaer aan den Voor zitter, wordt bericht, dat de vergaderzaal der Provinciale Staten van Zuid-Holland, ingericht voor de openbare zittingen van de Eerste Kamer, in gereedheid is en ter beschikking van de Kamer wordt gesteld, onder mede- deeling dat zij tevens bestemd blijft voor de zittingen der Provinciale Staten. Dit schijnt de eenige mede- deeling geweest te zijn voor de Kamer omtrent de aan wijzing van hare nieuwe vergaderzaal, want reeds veertien dagen later gaf de Voorzitter de bezwaren te kennen, welke bij de Huishoudelijke Commissie en vele leden der Kamer tegen deze beschikking gerezen waren. Hij uitte zijne bevreemding, dat aan de Eerste Kamer niet als aan andere Staatscollegiën eene afzonderlijke voor haar alleen bestemde vergaderzaal werd toegewezen en drong er ten sterkste op aan, dat de Kamer de uit sluitende beschikking over de zaal zoude hebben. Verder wees hij op de bezwaren, welke de groote afstand tusschen de zaal en de sectiekamers en de inrichting der tribunes in de zaal opleverden. Door dit schrijven werd alleen bereikt, dat de sleutel van de zaal onder be rusting van den concierge van de Kamer werd gesteld en de Provinciale Staten zich telkens tot de Kamer hadden te wenden, wanneer zij de zaal moesten gebruiken. Zooals de vergaderzaal toen voor de Eerste Kamer

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1924 | | pagina 56