DER STATEN-GENERAAL
55
eene
midden
de griffie
reeks van ruime vertrekken, namelijk twee zeer groote
aan de zijde van het Binnenhof en vier aan den Vijver-
kant, gescheiden door een middengang met bovenlicht,
die uitkwam op het portaal van de nieuwe trap. Onder
de kolonnade, daar waar de griffie op het Binnenhof
uitspringt, was een nieuwe hoofdingang gemaakt, toegang
gevende tot eene vestibule, waarin eene getraliede af
sluiting was aangebracht. Rechts van die afsluiting kwam
men naar de bureaux van het departement van Water
staat, terwijl links daarvan eene breede trap eerst west
waarts en dan van een bordes oostwaarts naar een
ruim portaal op de eerste verdieping voerde en van
daar westwaarts zeer steil opging naar de, boven de
trap open, tweede verdieping met aan de vier zijden
een open portaal met balustrade.
De zoldering van beide verdiepingen werd door acht
kolommen gedragen. Dit trappenhuis ontving zijn licht
door eene glazen dakbedekking. Het vormde nu het
van het gebouw, waarop alle lokalen uitkwamen
en de daarnaast gelegen kamers van de direc
teuren van de Staatscourant en van de Stenographic
aan de zijde van het Binnenhof; die van den voorzitter,
van den commies-griffier en van den griffier aan den
Vijverkant; aan den westkant de antichambre met de
vergaderzaal en de binnengalerijaan den oostelijken
kant de zes nieuwe vertrekken, waarvan vijf ten be
hoeve van de afdeelingen. Deze kamers werden inge
richt in zoogenaamden oud-Hollandschen stijl. Eene twee
meter hooge lambriseering is eikenhout geschilderd,
evenals de stuco plafonds. De zeer hooge mantels van
de schoorsteenen in de vier vertrekken uitziende op
den Vijver worden gedragen door vrouwenfiguren en
zijn uitgevoerd in Belgisch zandsteen. De ruggen der
schoorsteenen zijn van blauwe tegels.