DE BEHUIZING VAN DE EERSTE KAMER
62
de
eene andere, gedeeltelijk in Louis Quinze-stijl en eene
zeer eenvoudige kamer, werden in 1922 overgedragen
aan den Raad van State, toen deze zijne zalen voor de
uitbreiding der localiteiten van de Tweede Kamer had
afgestaan. De gang van deze verdieping werd toen met
eenen muur bij het trapportaal afgesloten.
De tweede verdieping, nog bewoond en verfraaid door
Willem V, telt tot aan de Stadhouderspoort vijf kamers.
De hoekkamer in den kleinen toren voor den directeur
der Stenographische Inrichting is modern. De kamer daar
naast voor de stenographen heeft een smaakvol bewerkt
stuco plafond. De zware eikenhouten deuren en wanden
zijn in Louis Quinze-stijl gebeeldhouwd. Uit de muziek
instrumenten en andere emblemata van de muziek in het
elegante bewerkte stuco plafond aangebracht zoude men
mogen opmaken, dat dit vertrek de muziekkamer is ge
weest van het Prinselijk gezin, dat, naar men weet, ijverig
muziek beoefende. Ook het vertrek daarnaast, als spreek
kamer gebruikt, heeft zware eikenhouten lambrizeering
en deuren in Louis Quinze-stijl en een eikenhouten
plafond. Van de gang op de tweede verdieping komt
men in deze kamer door een voorportaaltje met zeer
sierlijk bewerkte deuren. De beide overige kamers zijn
ingericht voor de vertegenwoordigers der pers. Op deze
verdieping waren de bureaux der Algemeene Rekenkamer,
die ze langzamerhand moest ontruimen wegens gebrek
aan onderhoud. De restauratie ook van dit gedeelte van
het Binnenhof werd in 1897 ter hand genomen.
Tusschen de eerste en tweede verdieping van
stadhouderstrap is een bordes, waarop eene deur, die
naar de vergaderzaal voert. De trap eindigt op de
tweede verdieping op een portaal, waarvan men links
naar de binnengalerij voor de particuliere tribune gaat
en rechts naar de gang voor de publieke tribune. In die