DIE HAGHE ALS AMBACHT, PAROCHIE, ENZ.
71
Inleiding.
het woord Haghe.
omtuining kwam natuurlijk in de aller-
aan den vorst als grondheer.
Zie voor de beteekenis van dit woordSchiller und Lubben,
Midd. Nederd. Wdb.du Cange, Midd. Lat. Wbk.J. en W. Grimm,
Deutsches Wtb.Stallaert, Glossarium; Kiliaen, EtymologicumA.
G. Luiscius, het alg. hist, geogr. en geneal. Wdb.Verwijs en
Verdam, Midd. Ned. Wdb.; De Vries en Te Winkel, Wdb. der
Ned. Taal.
Beteekenis van
Alvorens echter tot een uiteenzetting over te gaan
van de toestanden op rechterlijk en administratief ge
bied in die Haghe, is het niet ongewenscht eerst eens
na te gaan, wat men moet verstaan onder een haghe.
Temeer is dit daarom gewenscht, omdat men, wanneer
men de benaming die Haghe in oude stukken ontmoet,
steeds, hoewel ten onrechte, geneigd is geweest, daarbij
te denken aan het dorp, dat later den naam van
’s Gravenhage zal dragen, zonder daarbij in het oog te
vatten, dat die Haghe, althans niet voor de 15e eeuw,
nimmer de naam is geweest van het dorp, maar van een
gebied, dat zich ver buiten de grenzen van het dorp
uitstrekte. Jazelfs, dat er in elk geval vóór 1370 officieel
van een dorp geen sprake is, zoodat dan die Haghe
ook niets anders kan aanduiden dan dit bewuste gebied.
Wat beteekent nu Haghe in ’t algemeen? Haghe
duidt oorspronkelijk niets anders aan dan de haag, de
heining van kreupelhout of laag struikgewas, waarmede
een bepaald gebied omgeven is, zoodat door die haag
de eigenaar zijn privatief eigendoms- en gebruiksrecht
van het omheinde gebied aan anderen ten duidelijkste
demonstreert.
Dit recht van
eerste plaats toe