PORTRETTEN UIT DE 17<*e EN 18^ EEUW. 89 een zestal te zijn, waarvan eene nadere identificatie ge- wenscht was. In de eerste plaats was daarbij een echtpaar, geschil derd door Pieter Nason in 1646. Naar het uiterlijk der voorgestelde personen te oordeelen, moesten zij hebben behoord tot de gezeten burgerij, maar zeker niet tot de eerste standen. Op de achterzijde was een strookje papier geplakt, waarop de namen vermeld stonden, welke namen ook voorkwamen op eene in vroeger jaren op gemaakte lijst van geschilderde portretten in het bezit der familie Beelaerts van Emmichoven. Bedoelde namen waren: Barthout Regenboog en Petronella de Vett. Aangaande het leven en bedrijf dezer personen bevatte het familie-archief echter hoegenaamd niets en van eenig familieverband was evenmin iets bekend. Ook waar zij hadden gewoond, was eene open vraag. Aangezien deze stukken van bijzonder goede qualiteit door Nason waren geschilderd en mij bekend was, dat die meester hier ter stede had gewerkt, ging ik ten gemeente-archieve de verzameling fiches der huwelijks- inschrijvingen raadplegen, of daarin bij geval eenig spoor aangaande Barthout Regenboog of Petronella de Vett was te vinden. Dit onderzoek bracht aan het licht, dat 20 Maart 1638 hier ter stede in ondertrouw werden opgenomen: Barthout Regenbooch Jacobsz., wedr., caffa- wercker, en Pietertge Gerrit de Vet, jonge dochter, beiden wonende alhier. Waar nu vaststond, dat de voorgestelde personen in den Haag hadden gewoond, viel het niet moeilijk meer omtrent hen te weten te komen. Zoo vond ik hen ook in tal van notarieele acten en transportbrieven vermeld. Barthout Jacobss. Regenbooch blijkt 26 April 1638 de helft van een erf aan de westzijde van het Spui te hebben gekocht en zijn beroep van kaffawerker te heb-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1925 | | pagina 108