DE REGEERING VAN KAREL V. 121 J) Derde mem. 2) Ketting. 3) H.D.R. 2681, fol. 51, 53. Sandelijn, fol. 33 vo. hueren affairen dagelycxs in t lant van Gelre, onsen rebellen ende wederspanninck, reysen ende converseren ende den religieusen, geestelicke persoenen ende anderen in Gelderlant residerende, insgelijcxs in onsen lant van Hollant ende anderen onsen landen van haerwaerts over commen, verkeren ende converseren ende dat dairuut veele ende diversche inconvenienten hier te voeren ge- spruyt ende gebeurt zijn’’ In het algemeen was het simpel beraad en kort recht, waar het gold spionnen en plunderaars. Als bijv, de kastelein van Woerden den llcn Januari 1524 Adriaen Dirkszoon alias „tkindt van Delft” op de Gevangen poort bracht en nog eenige anderen voor hetzelfde feit daar gekerkerd zaten, behoefden zij over hun aanstaand lot niet in twijfel te verkeeren. De rekening van Jacob den smid, den 16en Feb. bij ’t Hof ingediend, is daar omtrent welsprekend genoeghet betrof de betaling van „drie yseren pennen, daer die hoefden op staen van een genoempt Turck mit zijn twee medegesellen”, en van de spijkers, benoodigd voor „die drie raeden”, waarop de lichamen der geëxecuteerden aan de vogels ten prooi gegeven waren, terwijl hij „een veter ende kette 2) met sijn bout” had geleverd „an de halve galghe in tbosch, dair een ruter an gehangen is”. Aan dit voorbeeld kon ook de evengenoemde Adriaen zich spiegelen: den 19en Feb. werd hij „geëxecuteert ende in t Haigehoudt gehangen” 3). Maar het waren niet enkel de van hun troep afge dwaalde soldaten geweest, die nog lang een voort durende bedreiging bleven voor de rustige Haagsche

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1925 | | pagina 144