„quens a la Haye; et j’avouerai a Votre Majesté, que „seal, au milieu de la nuit, dans cette vaste maison, „je suis dans un isolement affreux, et qu’il faut encore „avoir un peu de courage pour y dormir. Cependant „je fais la visite, comme j’ai toujours fait. Je souhaite „un avantage si pénible a ceux, qui mel’envient! Mais ,,1’on a, dit on, peur du feu. Je n’ai qu’un foyer, et il ,,y en a constammant trois ou quatre dans la Biblio- „thèque. Quant a la possibilité de s’y introduire par ,,ma chambre, j’ose dire qu’elle n’existe que pour moi, „puisque je ne puis monter a la Bibliothèque que par ,,une porte, dont j’ai toujours la clef dans la poche. „Au reste, Sire, je ferai volontiers tout ceque Votre „Majesté ordonnera a ce sujet”. Koning Lodewijk was, gelijk de archiefstukken aan- toonen, een vorst die zijn regeeringstaak, hoeveel ondank en tegenspoed daarmede mocht verbonden zijn, aller minst als een sinecure beschouwde, maar ze met pijn lijke nauwgezetheid trachtte te vervullen. Al wat bij zijn Kabinet inkwam werd door hem gelezen, en meestal ook gecommentarieerd; wel niet eigenhandig, want het is bekend waarom hij „de lamme koning” heette, maar door één van zijn secretarissen. Het reglementeeren zat hem, zooals bij vele Franschen, in het bloed; en daar hij bovendien iets eigenzinnigs en onbedachtzaams over zich had, ontaardden zijne apostillen wel eens in het pietluttige. Flament behoefde niet lang te wachten op bescheid; na een paar dagen kreeg de Minister van binnenlandsche zaken, baron Godart van der Capellen, reeds een Koninklijk advies op het hierboven aange voerde bezwaarschrift van den bibliothecaris, waaruit wij een brokstuk zullen lichten„Je désire qu’on faisse „exécuter strictement les mesures, que j’ai ordonné, afin „de remplir le but, que je me suis proposé, par les CHARLES SULPICE FLAMENT. 189

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1925 | | pagina 213