Onder no. 7 wordt daar vermeld: „Livre des Psaumes
du XII siècle en 12°. Les deux fermières et ses quatre
„attachés, en forme de fleurs de lys, sont d’argent sus-
„doré a For moulu. On lit sur le fermoir supérieur:
„„Ludovicus””, et sur l'intérieur„„filius regis””. Ce
Louis était Louis VI, dit: le Gros”. Ten laatste vestig ik
nog de aandacht op het niet minder merkwaardig boek,
dat Flament in zijn linker hand geklemd houdt. Dit is
in groen trijp gebonden en van zilveren sloten voorzien,
terwijl de titel, thans niet meer leesbaar, en op de
voorzijde van het boek aangebracht, in een langwerpig
vierkant lijstje, eveneens van gedreven zilver, is gesloten.
Delisle heeft in zijne „Mélanges de paleografie” (blz.
207) de volgende bizonderheden erover meegedeeld
Die drie zilveren klampen, welke het wapen van Jeru
zalem voeren, zijn later „frauduleusement" erop aan
gebracht, om den schijn te verwekken, als ware dit
h. s. afkomstig uit de boekerij der keizers van Constan-
tinopelwaarschijnlijk behoorde het eenmaal aan S.
Bertin, een Benedictijnerklooster in de buurt van Brugge.
De titel ervan luidt: „De Hebraeis et Christianis chro-
nicon” (Cat. cod. mss. Bibl. Regiae, I, 76, F. 5).
CHARLES SULPICE FLAMENT.
193
13