Ik. PHYSIOLOGIE VAN DEN HAAG. 220 Uw geweten. Ten slotte komt er noch ’nkort woord over „den spot zieken overmoed, de vermetele lichtzinnigheid, waarmêe gij met de uitspraken des Bijbels omspringt”. En dit Achttiende hoofdstuk eindigt aldus: „En hiermede, Mijnheer van Dommel, tot weêrziens! Gustaaf van Dommel. Tot weêrziens? tot weêrziens? Onbeschaamde, wie zijt gij dan De lezer. Hoe kom ik nog veilig naar huis?1) Gustaaf van Dommel, (de deur met geweld achter den lezer en mij toewerpende:) Ik zal een negentiende hoofdstuk tegen u uitgeven 1 De nu besproken aanval op de Physiologic van den Haag mag gemoedelik genoemd worden, als we die vergelijken met 't Laatste hoofdstuk voor de Physiologic van Den Haag.” Door een’ Hagenaar. Dit verscheen eveneens in 1843, en beleefde in dit jaar ook noch ’n twede druk. De uitgever was P. Mingelen te ’s-Gra- venhage. ’t Bevat 38 bladzijden, en 2 illustraties; en was eveneens in 12°, Als schrijver is wel aangewezen: J. J. L. ten Kate, Beynen, S. J. van den Bergh, W. J. van Zeggelen, 2) Men bedenke De schrijver had met de lezer ’n bezoek bij Van Dommel afgelegd. 2) Lezen we de volgende zin uit ’t boekje, dan kunnen, dunkt me, ten Kate en V. d. Bergh hier al wel geschrapt worden. „Waarom zoude hij weifelen eene maatschappij [Oef. kw. k.] te bespotten, die den grooten van der Hoop, als broeder begroette, waar een van den Bergh, een ten Kate en meer verdienstelijke mannen, hart en ziel door hunne heerlijke zangen streelen v. Doorninck Vermomde en naamlooze schrijvers vermeldt dit boekje niet.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1925 | | pagina 247