ui
PHYS1OLOGIE VAN DEN HAAG.
waardiging maakt hij er gewag van, hoe de turfdragers
wel ijverige Oranjeklanten genoemd worden, maar waarbij
geïnsinueerd wordt dat ze bij Oranjefeesten voor hun
illuminaties en optochten betaald worden.
het zij zoo”; heet *t dan, „maar dan toch ver
strekt hun dit tot eer, want zij onderscheiden zich daardoor
van anderen, die grootere, oneindig grootere weldaden
van het Vorstelijke huis genoten.
En ik zal u dit bewijzen.
Ik ken b.v. iemand, mijnheer van Dommel(en mis
schien zult gij hem na de lezing mijner beschrijving ook
wel kennen), ik ken dan iemand, die op kosten van
eenen Koning, zich eenen chaos (ik zeg chaos, want de
geleerdheid „die hij wil uitkramen’’ kan met geenen ande
ren naam bestempeld worden) van bekwaamheden heeft
vergaardwiens vader en moeder beiden eene betrekking
aan het hof van dien edelen Vorst hebben vervuld J)
(en dus gezamenlijk, vader, moeder en zoon) het brood
van den Monarch aten, met weldaden door hem werden
overladen en wiens moeder na den dood van haren man,
voor bewezene diensten (welke weet ik niet), een lijvig
pensioen van den braven Koning erlangde. En hoe denkt
gijdat de beweldadigde jonge mensch zijne dankbaar
heid voor dat alles betoond?... Hij tracht de hande
lingen van dien edelen of van zijne afstammelingen in
een verkeerd daglicht te stellen, hun eene blaam op te
leggen, hen te verguizen.” Zo een: „de meest bewel
dadigde”, maar zonder „het edele gevoel van dankbaar
heid”, staat ver beneden die turfdragers; ja, kan „een
schoft” genoemd worden.
De aanmerking in de Phys, over 't weinig koninklike
De vader van Jonckbloet was hoffourier geweest. Welke be
trekking z’n moeder er bekleed heeft, heb ik nergens kunnen vinden.