van kazernes, ver buiten de stad, enkel in’t buitenland
(Brussel en Parijs) geschieden, en niet hier?
„Geduld slechts, 't moet gebeuren binnen enkele jaren.
De kazerne zal afgebroken worden en plaats maken voor
breede straten met prachtige openbare gebouwen of
villa’s. Dat Alexandersveld, met zijn water- en modder
poel gedurende 9 maanden van het jaar, zal eenmaal een
sierlijk park wezen, en de ligging van de huzarenkazerne
zal in ’t droge duin, nabij Waalsdorp, er tevens op
verbeterd zijn mooier zeker en doelmatiger”.
Zoo profeteerde De Bergh nu ongeveer een halve
eeuw geleden. Hoever zijn wij thans nog van dat ideaal
Intusschen kwam van de bebouwing met militaire
commissiehuisjes niets. Want de Koning kwam tusschen-
beide; naar aanleiding van een gesprek met den bij
Willem III zeer bevrienden kunstschilder Herman ten
Kate, die met zijn woning Javastraat No. 48 op het
Alexandersveld uitkwam en dus met de lokale gesteld
heid die gansch en al bedorven zou worden, goed be
kend was, verzocht Z. M. den minister van zijn bouw
plan af te zien. Sedert zijn de commissiehuisjes in de
Atjehstraat verrezen.
Het kon niet anders of een zoo populair man als
De Bergh, moest in de fuik loopen, dat wil zeggen, in
1883 werd De B. candidaat gesteld voor den Gemeente
raad, aanbevolen door de Kiesver. Ons Belang. Te
zijnen voordeele werd gezegd:
„In het bizonder wenschen wij een woord van aan
beveling tot de kiezers te richten voor den heer J. A.
de Bergh, adj. commies bij de Kanselarij der beide Neder-
landsche Orden, omdat wij in hem sedert jaren hebben
opgemerkt een man, die de ondubbelzinnigste blijken
gaf van het algemeen belang der burgerij voor te staan.
Zijn talrijke geschriften, vooral de met kennis en talent
JACQUES DE BERGH.
274