376 JAARVERSLAG VAN DE VEREENIGING licht- wees van alle eigenaren met een korte karakteristiek van hunne levensomstandigheden, benevens de diverse ver anderingen, die ieder der eigenaren er had laten aan brengen tot het gebouw zijn tegenwoordig aanzien kreeg. Aan de Eerste Nederlandsche was het te danken dat gered en behouden was, wat nog te redden en behouden viel. Tal van lichtbeelden illustreerden deze interessante lezing. Den 3e« April hield Dr. Hofstede de Groot een voordracht over Paulus Potter. Spreker gaf een korte uiteenzetting van zijn l^ven en werken en stond bij de belangrijkste werken wat langer stil. Potter was Hagenaar en woonde aldaar aan het einde der bebouwde kom, zoodat hij een vrij uitzicht had op de landerijen tot Delft toe. Potter was dan ook bij uitstek de schilder van het Hollandsche polderland bij zomerzon. Toen hij 21 jaar was, volbracht hij zijn meesterwerk, den stier, waardoor hij zich eene wereldvermaardheid verwierf. Spreker toonde zijn gehoor in tal van beelden' een groot deel der schilderwerken en daarbij op menige interessante technische bijzonderheid. Onze eere-voorzitter met zijne echtgenoote woonden deze bijeenkomst bij. Na den zomer hield Dr. N. Japikse in October eene lezing over Johan de Witt. Spreker behandelde in het kort diens leven en stond bij enkele perioden wat langer stil. Verschillende bijzonderheden uit zijn jongelingsjaren werden medegedeeld en ver volgens zijne belangrijkste daden, nadat hij zijn intrede had gedaan in het staatkundig leven. Spreker weidde speciaal uit over zijn zorg voor de finantiën, De Witt’s grootste kracht. Ook de verhouding tusschen DeWitt en Oranje en de plaats door De Witt in het gezelschaps leven ingenomen werden behandeld. Eind December had de najaarsvergadering plaats,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1925 | | pagina 405