68 DE HAAGSCHE MONUMENTEN VAN GESCHIEDENIS
1620 nog geheel intact bestaat. Nog steeds omgeven de
grachten de oude of moet men thans niet zeggen de oud
ste stad, en nog steeds is dit stedebouwkundig monu
ment onzer vaderen ongeschonden op de kaart af te lezen.
Schijnt het woord monument voor den Haag’s eenvou
dige singels misplaatst Stellig, deze grachten kunnen groo-
tendeels niet op schoonheid bogen, met de grachten, die ons
land beroemd hebben gemaakt de Amsterdamsche, de
Delftsche, de Leidsche kunnen ze met uitzondering mis
schien der Prinsessegracht uit schoonheidsoogpunt in de
verste verte niet vergeleken worden. Geen vreemde
ling zal ze gaan bezoeken; hij zou teleurgesteld huiswaarts
keeren.
Maar het stedebouwkundig plan van 1620 heeft in
de tweede plaats deze, werkelijk treffende merkwaar
digheid dat het zóó onbekrompen was opgevat, dat
het gedurende 250 jaren de uitbreiding van den Haag
niet alleen heeft beheerscht, maar zelfs volkomen heeft
omvat. De door den magistraat getrokken grenzen,
hoewel door den omvang van het vroeg 17eeeuwsche
dorp aangegeven, waren juist door het streven naar
den rechthoekigen vorm zoo ruim uitgezet, dat de ont
wikkeling van het dorp tot stad, de uitgroei van de
toch waarlijk levende en telkens aanzienlijker wordende
plaats zich tot bijna in onzen tijd gemakkelijk binnen
de grachten heeft kunnen afspelen. Een dergelijk ver
schijnsel is uiterst zeldzaam; hoeveel vestinggordels van
onze steden zijn niet een- en andermaal uitgelegd moe
ten worden. Hier daarentegen is na den „nieuwen uitleg’’
van 1706, waarvan we hier boven spraken, geen grond
buiten de grachten noodig geweest.
Toen ongeveer 1870 de phenomenale uitbreiding der
moderne stad, die het bebouwde grondgebied in een
halve eeuw meer dan vertienvoudigde, begon, waren