76 DE HAAGSCHE MONUMENTEN VAN GESCHIEDENIS
een groot gedeelte als woning voor den Stadhouder,
indien er een was, diende, zijn de veranderingen en
verfraaiingen ten bate der regeeringscolleges toch het
grootst.
Geheel anders weer is de ontwikkeling, die de vol
gende, de 18e eeuw ons te zien geeft en die we thans
zullen trachten te schetsen.
De 18e eeuw was een tijd van verhoogden rijkdom
en van verminderde energie. De verkregen welvaart
bracht meer tot toenemende luxe dan tot voortzetting
van de noeste inspanning der vaderen. Dezen omslag
van stemming ziet men, zooals vanzelf spreekt, ook in
de bouwwerken gekristalliseerd.
Men ziet dit nog heden, want van de 18e eeuwsche
gebouwen is betrekkelijk veel bewaard gebleven. Dit
is voor een deel toe te schrijven aan het korter tijds
verloop, dat ons van die eeuw dan van haar voorgang
sters scheidt, maar stellig niet minder aan den aard der
toen gestichte gebouwen.
Het zijn veelal woonhuizen, groot, ruim en geriefelijk,
zoozeer, dat zij ook aan moderne eischen na kleine
veranderingen hebben kunnen voldoen. Betrekkelijk be
schouwd zijn heel wat dergelijke woningen in stand
gebleven; aan de deftigste wegen van het oude den
Haag vindt men ze nog tamelijk veelvuldig; zoo aan
Lange en Korte Voorhout, Prinsegracht, Prinsessegracht,
Kneuterdijk e. d.
Van de kleinere woningen is veel minder overgebleven,
al zijn ook deze natuurlijkerwijs in grooten getale ge
bouwd. In de plaats van oudere huizen maar ook op
de open terreinen, die binnen de singels gelegen waren.
Want het welvarende ’s-Gravenhage breidde zich ge
stadig uit, zij het in een tempo dat met dat van de in