reeks orkestwerken van
en vijf deelen orgelcom-
er nog bij, dat zeer vele
deze nummers een heel aantal edities, sommige tot
onder de koopers was de schrik bij de verkoopers:
Caecilia bracht een hoofdartikel onder het opschrift
„Welke gevolgen zijn er van de verkrijgbaar gestelde
goedkoope uitgave van muziek a 1 en P/a ets. de blad
zijde te verwachten”, waarin de redactie trachtte het
voordeel van het publiek onpartijdig af te wegen tegen
de schade, die de uitgevers, de componisten en de
muziekonderwijzers daardoor leden. Dat de sympathie
van Dr. Kist echter niet aan de zijde van de Correspon-
dance Musicale en haar redacteurs was, blijkt uit heel
het betoog, en deze verhouding is in ’t vervolg nog ver
scherpt, zoodat men den indruk krijgt van bepaalde
minachting. Maar één lof heeft hij hun niet onthouden:
de bruikbaarheid van het nieuwe procédé. Werd dadelijk
in het begin vastgesteld dat deze kalkeer-litho's beter
waren dan menige Nederlandsche steendruk, later, toen
er nog nieuwe verbeteringen waren aangebracht, kreeg
een nummer zelfs het attest, dat het bijna met plaatdruk
kon wedijveren.
Ondertusschen werd er met verbazingwekkenden
voortgang gewerkt en uitgegeven. Eind 1851 waren
reeds 700 nummers verschenen, 1852 omstr. 1100, 1854
o. 1700, 1855 o. 2000, 1856 o. 2300, 1857 o. 2500,
1858 o. 2700 enz., 1870 boven de 4000, 1871 tegen
4500, ten slotte naderde men de 5000 En dat waren
lang niet alle drukwerken van weinige bladzijden, reeds
in 1852 bevonden zich daaronder acht volledige piano-
partituren van opera’s, een
Beethoven in pianobewerking
posities van Bach. Ook komt
van
266 HAAGSCHE MUZIEKUITGEVERS DER 19e EEUW
1) Dit overzicht berust op een vergelijking van de advertenties in
het Dagblad, Caecilia e.a. met de nummers in onze verzameling.