(no. 1821 vv.); de exemplaren der eerste uitgave moeten
dus door den uitgever zelf ter beschikking zijn gesteld.
Overigens was ook niet alles nadruk wat in de Muzikale
Correspondentie verscheenDesfossez heeft herhaaldelijk
en met trots op de werken van Nederlandsche musici
gewezen, die in zijn collectie waren uitgegeven, b.V.
alleen in 1854 van Dunkler, Samethini, L. W. Luers,
Kwast, Heyblom, L. v. Eek, Mlle C. F. v. Rees
(La Hollande Musicale, November). Ook het heele
oeuvre van den jongen Revius zag hier het licht.
Zeker ligt voor ons de beteekenis van deze reus
achtige verzameling minder in de muzikale waarde der
uitgegeven stukken, doch veeleer in het nuchtere feit,
dat twee generaties Nederlanders, speciaal Hagenaars,
hierdoor muziek hebben gekregen, die anders niet of
slechts gedeeltelijk binnen hun bereik zou gekomen zijn;
maar toch mag ook het werk van den uitgever niet
onderschat worden. Het opsporen en het uitkiezen, het
aanschaffen en verwerken van zooveel stof op een zoo
uitgebreid gebied, doet zonder twijfel een redactor ver
onderstellen, die met de overige noodige eigenschappen
ook een groote kennis verbonden wij vragen, wie die
leidende geest was. Immers de redactie van de Muzi
kale Correspondentie werkte volstrekt naamloos. Ze
hield er geen winkel op na, slechts een „bureau” als
centrum, van waar de fondsartikelen naar de depot
houders gingen Onder de advertenties evenals op
268 HAAGSCHE MUZIEKUITGEVERS DER 19e EEUW
i
Dit bureau was achtereenvolgens gevestigd in de Prinsestraat
D 355 1849/51Westeinde B 186 (1851 /66), Prinsegracht 209 (1866/71).
Depothouders waren bekende boekhandelaren, eerst alleen de Erven
Doorman in de Poten, sedert 1851 ook J. Andriessen jr. in de Hof
straat, sedert 1854 ook M J. Visser in de Vlamingstraat. Verder waren
depots in alle steden van het Rijk en België; later ook in Batavia,
Christiania, New York of New Orleans. De werkplaats schijnt, tenminste
1850/51, in de Zuilingstraat 75 te zijn geweest.