DEN HAAG ALS INTERNATIONALE STAD 290 eerste Vredesconferentie. Het was een bijeenkomst van bijna uitsluitend eerste klasse menschen, die juist daar door elkander zoo goed konden verstaan. Maar onder hen noemde hij Léon Bourgeois, den Franschen staats man, als een der eerste, zoo niet de grootste figuur. Hij verheugde zich in die dagen in Frankrijk in een groote populariteit, en ook hier in Den Haag leerde men zijn talent kennen. Flij was een uitnemend presi dent. Raffalovitch, de Russische financieele agent te Parijs, die adjunct-secretaris-generaal van de confe rentie was, een man van veel ervaring, zeide later dik wijls: wat zou er toch van de conferentie terecht ge komen wij, als wij Bourgeois en andere parlementariërs hadden gemist. Bourgeois wist altijd een vorm te vinden voor de oplossing van een schijnbaar onoplosbaar pro bleem. Hij was heel welsprekend, heeft dat menigmaal getoond. Als president schitterde hij niet alleen, maar was hij ook sympathiek. In het algemeen mocht men hem heel graag lijden. Tijdens de eerste Vredesconfe rentie brak er een ministerieele crisis in Frankrijk uit; de president riep hem terug om kabinetsformateur te worden. Men liet het werk te ’s-Gravenhage een paar dagen rusten, en na twee dagen was Bourgeois terug. Hij wilde niet; het werk in Den Haag interesseerde hem te veel. Met groote waardeering herinnerde de heer Van Karnebeek ook aan den arbeid van Descamps. De Interparlementaire Unie had reeds enkele jaren te voren aan het denkbeeld van een Permanent Hof en aan verplichte arbitrage aandacht geschonken, en Descamps was de schrijver van de memorie, die het betreffende verzoekschrift aan de Regeeringen had vergezeld. Kon men zich een beter rapporteur voor het Comité d'Examen denken? In die commissie, zoo vertelde ons de heer Van Karnebeek, is hard gewerkt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1928 | | pagina 312