DEN HAAG ALS INTERNATIONALE STAD
307
over „Het Hof van den Volkenbond” en de „Ont
hef denkbeeld der Internationale arbitrage”, resp. in
den Dag”, Jan./Febr. 1924 en „Vragen des Tijds”,
jaren zitting hield, terwijl de overige Mogendheden een
rechter hadden voor een grooter of kleiner aantal jaren,
zulks in verband met de meerdere of mindere grootte van
de koopvaardijvloot. Maar een dergelijk roulagestelsel
kon men voor het nieuwe Gerechtshof, dat over alle aan
gelegenheden zou hebben recht te spreken, welks functie
dus zooveel omvangrijker en belangrijker was, niet aan
vaarden. Vandaar, dat men kreeg een schitterend afge
werkt huis, dat men echter niet kon binnengaan en zoo
doende niet kon bewonen; vandaar, dat het ontwerp bleef
in zijn voorloopigen staat. Toen tenslotte de discussies
vrijwel waren uitgeput, kwam de toenmalige eerste Ame-
rikaansche gedelegeerde Choate met een bemiddelende
oplossing, die, ware zij tijdiger ingediend, zeker kans van
slagen had gehad, maar die nauwelijks meer werd aan
gehoord toen men op het punt stond naar huis terug te
keeren J). Wie deze bemiddelende oplossing nauwkeu
rig nagaat, zal daarin terugvinden den grondslag, waar
op bij het Hof van den Volkenbond de wijze van ver
kiezing van de rechters berust. Men mag dan ook aan
nemen, dat het voorstel, door de Nederlandsche delega
tie ter conferentie met Zweden, Noorwegen, Denemarken
en Zwitserland in Februari 1920 gedaan, door dit Ame-
rikaansche voorstel werd geïnspireerd, en men mag even
eens aannemen, dat tenslotte het Nederlandsche voorstel
geleid heeft tot de gedachten, die in het ontwerp der
officieele voorbereidende commissie, door den Raad van
den Volkenbond benoemd, zijn terug te vinden. Er is nu
eenmaal op de wereld niets, dat geheel en uitsluitend
nieuw kan heeten!
Artikelen
wikkeling van
„Vragen van
Februari 192ö.