Dr. J. J. F. WAP 322 Een gedicht van 1775, opgenomen in deel IV van de werken van Kunstliefde enz. zing van zijn leermeesters even goed thuis in het Oude en Nieuwe Testament, als in de boeken van Euclides, zoodat hij de kwadraat- en kubiekworteitrekking met gemak wist te bewerkstelligen. De voorganger van de Vereeniging naar hem genoemd, het Haagsche Dicht genootschap „Kunstliefde spaart geen vlijt’’, schonk aan het wonderkind Pieter Nieuwland den titel van „aan- kweekeling”, ter gelegenheid dat Pieter op zijn 11de jaar in een deftige vergadering van Kunstliefde enz., een door den knaap gemaakt gedicht Roucvklagt van David over Saul en Jonathan voordroeg. Welnu, Dr. Wap maakte van de vergadering waarin het wonder kind door „Kunstliefde” tot „aankweekeling” gewijd werd, een tooneel- en dichtmatig geschied-tafereel. Plaats van de handeling een vertrek in het Prins Mau- ritshuis te ’s-Gravenhage, waar „Kunstliefde enz.” placht te vergaderen. Personen: de vijf stichters van het Ge nootschap, voorzitter de Haagsche predikant Dominus Johannes van Spaan, de genootschaps-bode Joost Rij mer, de 11-jarige Pieter Nieuwland, zijn vader de eer zame molenmaker Berend Nieuwland, Pieter’s voedster vader Bernardus de Bosch, en de burgemeester van ’s-Gravenhage Mr. Pieter van de Poel. Hoor hoe de bode Joost Rijmer het eerste tooneel opent Mijn doel werd dus bereikt, het toppunt mijner wenschen een Dienaarschap bij meer dan menschelijke menschen bij hooger wezensDoch, wat zeg ik, Dienaarschap neen. Medewerker ben ’k, en ga, van stap tot stap, met de eedlc Geesten meê, die minder bewolkte kringen lief hebben dan 't strand van 't watrig Scheveningen hun blikken aanbiedt, of de Vijver en het Bosch 1

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1928 | | pagina 345