leeraren der Kon. Militaire Academie te Breda. Zijn ouders waren R. Katholiek, maar zonden hun Johannes op school bij den in die dagen zeer bekenden protes- tantschen onderwijzer W. G. de Vletter, die als almanak- dichter eenigen naam had en ongetwijfeld op den dichterlijken aanleg van Wap invloed zal hebben uit geoefend. Daarna bezocht hij het gymnasium te Leiden, waar hij in 1824 Wap was toen 18 jaar door be middeling van Willem Messchert, in kennis kwam met Mr. Willem Bilderdijk en in diens vriendschap en vertrouwen werd opgenomen. Van Bilderdijk ging toen een fascineerende invloed uit op jongelieden die later in wetenschap en letteren zouden uitblinkenx). Ook Wap kwam onder de bekoring van den grooten man. Bilderdijk, De Lamartine en lord Byron waren zijn helden aan den letterkundigen hemel en boden hem vaak de stof voor zijn dichterlijke ontboezemingen. Na het gymnasium te Leiden, studeerde JohannesWap eenige jaren aan de Hoogeschool te Gent en werkte daar met Jan Frans Willems en zijn kring krachtig mede aan de herleving van het Vlaamsch, waarvoor hij de Muzen-almanak oprichtte en er van 1925’30 tal van bijdragen in schreef. 326 Dr. J. J. F. WAP 9 Toen nu jaren geleden, te Haarlem op de Groote Markt, waar Bilderdijk gewoond heeft, een gedenksteen in den gevel van het huis werd ingewijd, hield prof. Nicolaas Beets de herdenkingsrede. Wat mij uit die rede altijd bijgebleven is en ook nu mij voor den geest komt, is de aardige bijzonderheid die Beets vertelde, dat hij als jongeling, ook in Haarlem wonende, op zeekren Zondagmorgen de godsdienst oefening in de St. Bavokerk bijgewoond hebbende, daar dicht bij Mr. Willem Bilderdijk had gezeten en had opgemerkt dat de groote man de bank uitgaande, zijn wandelstok had laten staan. De jonge Beets had hem.dien achterna gedragen en buiten op de Markt met een eer biedigen groet overhandigd. Een zeer eenvoudige gebeurtenis, maar men had het den ouden heer Beets moeten hooren vertellen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1928 | | pagina 349