dienstig en hoog zedelijk mensch. Dat hij meermalen in
conflict is gekomen met de R. Kath. geestelijkheid zal wel
hieraan te wijten zijn geweest, dat hij veel mede werkte
aan de neutrale pers en aan zijn relatiën met anders
denkenden op godsdienstig gebied. In zijn reisbeschrijving
van Rome toont hij zich echter een ijverig katholiek, even
als trouwens in andere geschriften, zooals in 1832, toen hij
een brochure in 't licht gaf: „de grondstelling der R. Kath.
kerk, dat buiten haar geen zaligheid mogelijk is, naar
’t Fransch door Jan J. F. Wap, koninklijk militair Aca-
demie-leeraar”. Ofschoon het geschrift door Le Sage ten
Broek in zijn Godsdienstvriend, werd geprezen, had Wap
er niet alleen van Protestantsche, maar ook van Katholieke
zijde heftige aanvallen op te verduren. Door een geloofs
genoot werd een tegenschrift uitgegeven: „Toelichting
der beweegredenen, welke den heer J. J. F. Wap tot de
vertaling van het boekje van den bisschop van Hermopolis
„buiten de Kerk is geen zaligheid’’, waarschijnlijk aan
leiding hebben gegeven, benevens een bespiegeling over
datzelfde boekje, door een R. Kath. Christen”. Daarin
wordt Wap op een lage manier verdacht gemaakt en be
ticht van huichelarij. Hij zou om bijkomstige redenen van
eigenbelang zijn minder rechtzinnige houding hebben af
gelegd. Het boekje was vol van onedele toespelingen op
W.’s particulier leven. Ook werd er in beweerd, dat het
door W. vertaalde boek van den Anglikaanschen bisschop
van een verdacht Katholicisme was. Wederom was het
Le Sage ten Broek, die Wap verdedigde in een uitvoerig
artikel in de Godsdienstvriend: „Afwending van een
liefdeloozen aanval tegen den heer J. J. F. Wap, Kon.
militair leeraar te Breda”.
Le Sage ten Broek bereikte zijn doel. Hij kon reeds
in de volgende afl. berichten: „de steller van boven
genoemd geschrift (tegen W.) verklaart bij dezen openlijk
Dr. J. J. F. WAP
331