VEERTIGJARIG BESTAAN DER VER. „DIE HAGHE” 95
In het bestuur waren als nieuwe leden opgetreden de
heer van der Meer van Kuffeler, die zich dadelijk met
het secretariaat belast zag, en de heeren dr. A. W.
Byvanck en mr. H. Zillesen, die zich al spoedig zeer
actieve bestuursleden toonden. De kunstbeschouwingen
konden hervat worden, waarbij als sprekers optraden dr.
van Gelder over zilversmidswerk, dr. Hofstede de Groot
over de kleine kerken van Den Haag en mej. Peel en
over Delftsch aardewerk. Onder leiding werd door de
leden een bezoek gebracht aan het Museum Meermanno-
Westreenianum. Van den platenatlas verscheen in 1917
de 3e serie met platen van de omstreken van Den Haag.
Van de spreekbeurten die in deze jaren gehouden
werden, mogen vermeld worden voordrachten van
Frits Lapidoth over het tooneel in de 17de en de 18de
eeuw, van prof. Brugmans over Johan van Oldenbar-
neveld, van Hofstede de Groot over Pieter de Hoogh,
van van Gelder over ’t St. Joris-Gilde. De heer Hille-
sum sprak over van Zuiden’s boek ,,de Hoogduit-
sche Joden in Den Haag”, dr. Bijvanck over het
antieke theater, van der Kloot Meijburg over de dorps
kerken speciaal in den omtrek van Den Haag. En zoo
waren er meer lezingen over velerlei onderwerpen.
Met het plaatsen van gedenksteenen ging men
ijverig voort. Ter gelegenheid van Bosboom’s geboor
tedag (18 Febr. 1817) werd de steen ter gedachtenis
van Mevr. Bosboom aan het woonhuis aan de Tous-
saintkade vervangen door een nieuwen gedenksteen,
gewijd aan den heer en mevrouw BosboomToussaint,
terwijl ook ter plaatse waar Bosboom geboren werd,
aan de Varkenmarkt, een gedenksteen werd ingemetseld.
Daarentegen stuitte het voornemen om een gedenksteen
te plaatsen in den gevel van het huis aan den Kneuter
dijk, waar, naar men toen meende, Johan de Witt woon-