DE GESCHIEDENIS DER STAD 'S-GRAVENHAGE 23 „wel te willen onderzoeken, welke stukken, brieven en andere bescheiden, die geacht kunnen worden tot het oude stadsarchief te behooren nog op het raadhuis aanwezig mogten zijn en na te sporen in het bezit van welke andere gedenkstukken van geschiedenis en kunst de gemeente zich nog mag verheugen teneinde voor be hoorlijke bewaring van een en ander, in zooverre die iets te wenschen mogt overlaten, de vereischte maat regelen tot voorziening aan hen voor te dragen”. Guyot begon dus de archiefstukken door te zien en te schiften en dit maakte het hem mogelijk in bijna elke bijeenkomst allerlei belangrijke aan de stukken ont leende mededeelingen te doen. Meermalen ook bracht hij belangwekkende archivalia ter vergadering mee om er de leden van te doen genieten. In het volgende jaar, 1859, werd besloten een register aan te leggen, waarin op elke bijeenkomst zou worden genoteerd, wat er te ’s-Gravenhage voor belangrijke gebeurtenissen plaats hadden of wat voor veranderin gen in het stadsbeeld ontstonden. Het betrof hier dus a.h.w. een voorlooper van de Kroniek van den Haag, die „die Haghe” telkenjare in haar Jaarboek geeft. Het is zeer te betreuren, dat het bedoelde register niet in de gemeentelijke verzamelingen is beland en vermoe delijk wel vernietigd zal zijn. Intusschen bevatten de notulen der bijeenkomsten ook op dit terrein belang rijke mededeelingen. Vermeldenswaardig is ook dat in 1859 in October de eerste fotografische afbeelding, n.l. van de in het vorig jaar afgebroken Noordmolen aan de Zeestraat in de prentenverzameling werd opgenomen. De aller eerste foto’s van ’s-Gravenhage dateeren, zoover thans bekend, van 1855. Het is merkwaardig, dat de ver- eeniging van deze geen exemplaren heeft verworven.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1930 | | pagina 35