I
38
DE VEREENIGING TOT BEOEFENING VAN
weet, dat het thans op het Newtonplein is opgesteld.
In 1875 stelde van den Brandeler voor uit oude
eigendomsbewijzen enz. een historisch adresboek van
den Haag samen te stellen, een denkbeeld dat later
door „die Haghe” is overgenomen en waaraan de thans
zoo veelvuldig geraadpleegde registers op de trans
porten van onroerend goed, die op het gemeentearchief
berusten, hun ontstaan danken.
Ook werden door de vereeniging gegevens ver
zameld voor het bekende werk van van Lennep en ter
Gouw over de gevelsteenen en uithangteekens, terwijl
aan de medische boekerij de Cocq, die thans op het
gemeentearchief is geplaatst, aandacht werd gewijd.
Bij de afbraak van het Diaconiehuis aan het Spui in
1868 werden overigens vergeefsche pogingen
gedaan om de gevelsteenen enz. te redden.
Ook deed de vereeniging herhaaldelijk het hare om
groote mannen te eeren, al plaatste zij dan ook niet
meer, als vroeger voor Cats en de Huygensen, gedenk
steenen. Maar wel werd zoowel voor de steen in het
huis van Bilderdijk als voor dat in het huis van Potter
een geldelijke bijdrage uit de kas afgestaan. En toen in
1872 Motley, de beroemde geschiedschrijver, zich
voor eenigen tijd in den Haag gevestigd had, werd
hem door de vereeniging een oorkonde op perkament
aangeboden, vervat in een blauw fluweelen koker met
zilver gemonteerd als hulde voor zijn historiewerk. De
groote man bleek met deze huldiging zeer ingenomen.
Vermelding verdient ook wat in de vereeniging is
voorgevallen met betrekking tot de Gevangenpoort.
In Juni 1861 wordt in de notulen vermeld, dat de
leden van de Sociëteit de Place Royale een voorstel in
hun vergadering gedaan om, zoomogelijk samen met het
gemeentebestuur, aan het Rijk te verzoeken om de