76 VEERTIGJARIG BESTAAN DER VER. „DIE HAGHE"
S. Gratama als voorzitter verving. Sedert is hij nog
tien jaren, tot 1919, de energieke leider der lotge
vallen van de vereeniging geweest. De bestuursver
gaderingen zijn in dien tijd bijna alle te zijnen huize ge
houden. Wij zullen hem in het verdere beloop van de
geschiedenis nog menigmaal ontmoeten. Eerst onder
voorzitter Gratama, met wien hij op de meest aangename
en geestverwante wijze samenwerkte en in welke periode
valt de actie van ,.Die Haghe” tegen het gedeeltelijk
dempen van den Hofvijver. In ’t bijzonder maakte zich
voor die actie verdienstelijk mr. Gratama, die een onder
zoek instelde wie de eigenaar van den Vijver was, de
gemeente of het Rijk, met het voornemen, in het laatste
geval een memorie op te stellen en de regeering te ver
zoeken haar toestemming tot demping niet te verleenen.
Hangende dit onderzoek, werd al vast een adres aan
den Minister van Waterstaat ingezonden met verzoek
om, aangezien het recht dat de gemeente op den Vijver
mocht hebben, in elk geval dubieus is, niet te willen
toestaan, dat aan het water werd geraakt, benevens een
door den heer Hofstede de Groot opgesteld adres aan
den gemeenteraad ter beantwoording en wederlegging
van het praeadvies van B. en W. inzake den Hofvijver,
waaromtrent de heer Gratama gerapporteerd had, dat
zijn onderzoek in het Rijksarchief hem tot de overtuiging
had geleid, dat de Vijver behoort aan den Staat der
Nederlanden. Zooals men weet, de actie mocht niet
baten. De gemeente kreeg haar zin enhet verkeer
is er thans buitengewoon mee gebaat.
Inmiddels had de heer Peters weer een bijzonder
interessante rede gehouden over „Onze vrijheidsroes in
1795”, toegelicht door een groote verzameling prenten
uit de collecties Geldmaker, de Vries en Peters, terwijl
de heer Morren in een ledenvergadering de aandacht