EEN HAAGSCH DAGBOEK UIT DE OORLOGSJAREN 101
dit,
een.
de kerk
weer
gaan (prof,
met extra-edities; ik
natuurlijk laat. Bij
toen ging ze door met knippen. Medelijden met den
man heeft haast ieder, waar zou hij nu zitten? „Guste,
packe die Koffer” is ’t nu met recht.
Volgens de avondkrant gaat de revolutie anders nog
al georganiseerd, echt iets voor Duitschland. In Zwit
serland zijn ze ook al bang, hier gist het ook al, zegt
men. Men zegt dat 't grootere broodrantsoen is om
tevreden te stellen. Snijders gaat heen. In Duitschland
verhinderen de opstandelingen de soldaten om naar ’t
front te gaan, dat hadden ze eerder moeten doen! In
België verzetten de Belgen zich tegen de Engelschen
die hun dorpen beschieten, ook logisch. Als werkelijk
alle soldaten de wapens neerleggen krijgen we mis
schien nog een eerlijken vrede. Wat zal de krant
morgen zeggen? Vanmorgen kwam er maar geen
krant, Pa moest er om telefoneeren.
Maandag 11 November.
Gisterenochtend bij ’t naar
Cannegieter) riepen ze al
had geen tijd er een te koopen, was
uitgang een bulletin dat de Keizer op Middachten was
en over den toestand in België. Neef B. zag het somber
in, zag revolutie in aantocht, die uitgehongerde Duit-
schers zullen los komen.
’s Middags B. naar L. V., ook daar verwachtten ze
revolutie. L. was in de tram langs zijn bureau gekomen
en had gezegd: misschien hangt daar ook gauw de
roode vlag. Dadelijk fluisterde men in de tram: „bolsje
wieken”. Ze waren op de huwelijksreis naar Amster
dam geweest ondanks de griep, hadden vreeselijk veel
begrafenissen gezien. Vanmorgen weer geen ochtend
blad. Om 9 uur liepen ze met extra-edities. B. kocht
van de volgende edities kochten Pa en B. er ieder
Ik had op ’t kantoor nog van niets gehoord, maar