EEN HAAGSCH DAGBOEK UIT DE OORLOGSJAREN 53
wat er eigenlijk gebeurt weet
r
weer een kritieken tijd te
naar de grenzen;
waarom Nederland andere maatregelen moet nemen.
Wel wordt de toestand ernstig genoemd. Op de beurs
was het dadelijk te merken geweest. Het comité gene
raal is eerst a.s. Dinsdag, dus is de haast nogal niet
groot. De krant zegt dat de menschen kalmer waren
dan op den mobilisatiedag, daarnaar zou men ook
zeggen dat het nogal ernstig ingezien wordt. Maar wat
kan Engeland ons doen? Voor ze geland zijn schieten
wij de mannetjes dood, als het schip tenminste niet
voor dien tijd gestrand is, of op een mijn geloopen of
getorpedeerd. Al de Belgische en Engelsche geïnter
neerden worden dan gevangen genomen, de Duitschers
komen vrij.
Zaterdag 1 April.
De krant kalmeert,
niemand.
J. schrijft: „We schijnen
beleven; de soldaten gaan allemaal
beneden allemaal militairen, die koffertjes aangeven,
telkens troepen soldaten, die naar den trein gaan; drie
telegrammen over buitengewonen ministerraad, comité-
generaal, beslag leggen op goederenwagens en allerlei
militaire zaken. Bij ’t bureau van de krant, waar de
telegrammen hangen, veel menschen en allerlei ver
onderstellingen. Van avond lezing over vrouwenkies
recht, er zal wel niet veel komen, als er kwestie van
oorlog of vrede is, is de belangstelling niet groot. Even
min als de teleurstelling dat de Kon. Holl. Lloyd maar
12% uitkeert, al is het zoo ook nog mooi. In 1914 had
men nog geen idee dat het wel zou kunnen gebeuren
dat ’t eene deel van 't land in geen maanden iets van
het andere deel hoorde. Ik hoop werkelijk niet dat 't
gebeurt en ik zeg het niet om Ma akelig te maken, maar
’t is zoo, in België ook. We willen het beste hopen.