EEN HAAGSCH DAGBOEK UIT DE OORLOGSJAREN 73
kwastje,
ook wat uit, veel heeren rooken
Zij hadden een groote
geschikt voor allerlei voor-
Pa zei, dat hij tegenwoordig nog al veel Gadurol
verkocht als voedingsmiddel.
V. voelde er wel iets voor,
kast haast onvindbaar, zeer
raad.
Haring wilde hij ook opslaan, maar L. was wat bang
voor de reuk, die misschien de aanwezigheid van de
kast zou verraden. De heeren praten tegenwoordig veel
mee over het eten, de vrouwen worden op de vingers
gekeken.
Het rooken gaat er
Ma gaf hun een zelfgemaakte vatenkwast en
dat is Ma’s speciaal cadeau tegenwoordig.
Van Mevrouw kregen ze boonen enz. mee.
V. wilde maar vlug trouwen omdat het leven op
kamers tegenwoordig ook niet alles was. Of L. ’t hem
beter zal geven? Misschien vooruit gehamsterd.
Uit Friesland ging niemand weg, zei V. of hij nam
flink wat mee. Een vriend van hem had het al heel
brutaal gedaan. Een groote koffer had hij gevuld met
meel, spek, boter enz. en daar boven over een jas. Tot
Amersfoort ging ’t goed, toen zouden ze gevisiteerd
worden. De controleur vroeg de koffer af te halen.
Mevrouw werd al bleek van angst. Hij stond moppe
rend op, die groote zware koffer, een heel gehijsch en
er waren natuurlijk alleen kleeren in; als jè met vrouw
en kinderen uitging, had je natuurlijk heel wat noodig,
dat kon iedereen wel begrijpen, dan bleef er geen
ruimte over voor iets anders. De controleur vond dat
toen eigenlijk ook en zei: „Laat dan maar zitten”. De
kleeren werden in een pak nagestuurd.
Ook hoorde ik van een dame die uit Brabant ge
komen was, met erwten in den zoom van haar rok
genaaid, wel wat zwaar.