124 ACAD. VAN BEELD. KUNSTEN TE 'S-GRAVENHAGE
Bredius, dr. C. Hofstede de Groot, prof. dr. W. Martin,
M. A. de Haan, M. J. F. W. van der Haagen, het
Mauritshuis, het Gemeentemuseum, onze Academie en
het Oudheidkundig Genootschap te Maastricht, waren
schilderijen, teekeningen en foto’s ingezonden van en
naar werken van 25 der 48 oprichters van de Academie
Pictura. De tentoonstelling kon wel de Van der Haa-
gen-tentoonstelling genoemd worden, omdat door de
zorgen van het lid der Academie den heer M. J. F. W.
van der Haagen uit diens verzameling van het levens
werk van zijn voorvader den Haagschen schilder Joris
van der Haagen, hoofdman van het St. Lucasgilde en
van de Schildersconfrerie Pictura, een vrijwel volledig
overzicht kon worden gegeven.
Voorts waren er werken of reproducties naar werken
van de oprichters Johan van Ravesteijn, Adriaen van de
Vennen, Lodewijk van der Queboren, Adriaen Hanne-
man, Dirk van der Lisse, Isaek Mytens, Dirck
Daelents, Pieter Nason, Antoni van der Croost, Pieter
Vereist, Martinus Lengele, Jacob van der Does, Johan
Mijtens, Abram van Beijeren, Willem van Diest, Carel
Dujardin, Arent van Ravesteijn, Jan le Ducq, Sybrant
van Beest, Leliënberch, Pieter Moonincx, Dirck Kraey,
Willem van Delft, Jan Westerbaen en Johannes van
der Stok.
Dat het werk van Joris van der Haagen over de
voornaamste musea van Europa is verspreid, bleek uit
een 100-tal foto’s door den heer van der Haagen ter
tentoonstelling ingezonden.
Al deze tentoonstellingen werden in de groote zaal ge
houden en trokken een talrijk en belangstellend publiek.
Deze bedrijvigheid, die toen samenviel met de in
grijpende hervorming van het bouwkundig en het kunst-
industrieel onderwijs, heeft zich ook in latere jaren niet