160 ACAD. VAN BEELD. KUNSTEN TE 'S-GRAVENHAGE kozen bestuur werd ge- Bevredigend is het aantal bezoekers, ook van excur sies. In het vorige jaar brachten niet minder dan 30 gezelschappen een bezoek aan het Museum. De heer Lunsingh Scheurleer heeft in mej. dr. Prins de Jong, die eenige jaren geleden aan de Utrechtsche universiteit tot doctor in de klassieke letteren (hoofd vak oude kunstgeschiedenis) promoveerde op een proefschrift: „Scherven van Naucrates”, een uitstekende wetenschappelijke kracht gevonden. Behalve dat zij de dagelijksche leiding heeft van het Museum aan de Carnegielaan, is zij ook adj. directrice van het Gips- museum en van de bibliotheek der Academie. Het overlijden van het raadslid Joh. Mutters Jr. aan het einde van het jaar 1930, was voor den Raad van bestuur een ernstig verlies. Vonden de belangen van het onderwijs gedurende een lange reeks van jaren in den heer Mutters een ijverigen en bekwamen verzorger, meer in ’t bijzonder behartigde hij met toewijding de aangelegenheden van het onderwijs in de bouwkunde en de kunstnijverheid. Hij heeft het niet mogen beleven, dat eindelijk in den onhoudbaren toestand van de ge bouwen, waarover hij herhaaldelijk den Raad van advies diende, verbetering zou komen. Een niet minder toege wijd lid van het college was Jhr. mr. V/. Th. Gevers Deynoot, die in hetzelfde jaar wegens gevorderden leef tijd ontslag uit den Raad van bestuur moest nemen. Bij zijn heengaan herinnerde zich het college de jaren, dat Gevers Deynoot als gedelegeerde van het gemeente bestuur den band tusschen de Gemeente en de Academie hielp bevestigen. Tot nieuw lid van den Raad van mr. J. K. van der Haagen. Van het corps leeraren verliet wederom een van de ouderen, de heer W. B. van Horssen de Academie, na

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1932 | | pagina 181