DE OPKOMST IN DE 17DE EEUW
44
Not. act. 246a.
2) Not. act. 189 (150).
8) Not. act. 189 (151). George Geldrop is waarschijnlijk de
zoon van Gortzius Geldrop. In 1610 is hij lid van het Gilde te
Antwerpen, na 1622 hofschilder te Londen. Hij bewoonde een groot
huis te Drurylane, waar van Dijck en P. Lely bij hem woonden.
4) Adriana had 2 broeders: Pieter en Carel, baljuw en dijk
graaf van Oudewater en 2 zusters, Josina en Catherina, die ge
huwd was met Rob. v. d. Burgh, procureur van den Hove van
Holland.
die betrekkelijk jong gestorven is, na zijn vader voor
vele moeilijkheden te hebben geplaatst. Zoo wordt in een
notarieele acte1vastgelegd dat Thomas, vader van
den minderjarigen Jacob, de kraamkosten en de opvoe
ding zal betalen van diens kind, daar hij niet in een
huwelijk wil toestemmen, mits het kind ieder half jaar
te Londen werd getoond. Of nu, na het huwelijk van
Jacob met Johanna Dorneye2), dat in de ,,St. Pau-
wels” te Londen werd gesloten in 1647, een geval van
blackmailing” zich voordeed, weet ik niet, maar hoe
is anders de meermalen voorkomende getuigenis te
verklaren: dat Johan van Wesop (elders Weser), schil
der van Westminster, wonende bij Joris Geldrop3),
schilder te Westminster, daar gezien heeft Thomas
Cletcher, edelman uit Holland en zijn huisvrouwe
Johanna in de nacht beiden te bed als man en wijf,
ongeveer twee maanden nadat zij beiden getrouwd
waren? Elders wordt hieraan nog toegevoegd dat hij
wel bij zinnen was.
Anna heeft haar kinderen niet groot gezien
5 November 1638 wordt zij in de Kloosterkerk begraven
en December 1639 hertrouwt Thomas met Adriana van
der Willegen4), weduwe van Hendrik van Wou. Niet
lang heeft dit huwelijk echter mogen duren. Misschien
is Adriana in het kraambed gestorven; reeds in Augustus